Langs het kanaal zie ik in de verte een vrouw met een tasje tussen de struiken staan. Ze plukt daar iets en verdorie, dat kan alleen mijn vlierbloesem zijn. Afblijven!, foeter ik inwendig. Want van die besjes maak ik in augustus sap, en hoe minder bloesem, hoe minder besjes.
‘Ga je vlierbloesemlimonade maken’, vraag ik met mijn liefste stemmetje als ik haar genaderd ben. Want van het adagium ‘heb je vijanden lief’ is nog nooit iemand slechter geworden. Nee. Limonade had haar dochter al gemaakt (toch niet hier, grrr, van mijn bessen), zij ging er thee van maken. Daarvoor had ze slechts een beetje bloesem nodig, dat kon ik nog wel verkroppen. ‘Veel plezier met je thee’, wenste ik haar vals doch vriendelijk toe, toen ik verder wandelde. Want eerlijkheid wordt ook wel eens overschat.
Leave A Comment