Als het gaat om artiesten (zie Eén-nul voor Adamo) kan ik nog wel meer anekdotes opdissen. In een attractiepark mocht ik Herman van Veen eens interviewen. Omdat hij daar een sponsorloop wilde promoten, die zijn naam droeg, voor een goed doel.
Op een bankje buiten zat ik samen met Van Veen en nog een journalist van een andere krant klaar voor het interview. Aan mijn vragen over het goede doel en de sponsorloop kwam ik bijna niet toe. De collega van de andere krant sloeg volledig op hol en bestookte Van Veen met vragen over zijn privéleven, carrière en andere zaken die niets met het onderwerp van doen hadden. Van Veen gaf vriendelijk en geduldig antwoord, maar ik kon het pedante gedoe van de collega niet meer aanhoren en stapte na een half uurtje op. “Ik heb genoeg informatie”, meldde ik kordaat. Ik had me er af en toe toch tussen kunnen wurmen, met een paar aardse vragen over het hoe en waarom van de sponsorloop.
Herman van Veen keek me opgelucht en dankbaar aan, over zijn zonnebril, en groette me tot mijn grote verrassing met een warm ‘Dag lieverd.’
Met een beetje zwakke knieën van zo veel schattigheid vertrok ik. Thuis gekomen meldde ik euforisch aan de kinderen: ‘Ik heb Herman van Veen geïnterviewd. En hij zei lieverd tegen me!’ .
Twee paar ongelovige puberogen keken mij aan. Lieverd?? Van zijn mensenkennis moet-ie het niet hebben, mompelde mijn zoon zachtjes. Maar ik verstond hem toch.
Leave A Comment